Coracobrachialis

Aanhechting

De Coracobrachialis hecht aan de processus coracoideus, of het ravenbek uitsteeksel, onder het sleutelbeen. Hij hecht vervolgens aan de mediale rand van de humerus, midden op de binnenkant van de bovenarm.

Werking

De Coracobrachialis verbindt het schouderblad met de arm. Zijn voornaamste functie is het flexen van de arm en die weer terug brengen naar het lichaam. Je gebruikt hem bijvoorbeeld bij het gooien van een bal.

Klachten

Triggerpoints in de Coracobrachialis zijn met name voelbaar in de schouder en arm: de voorste deltaspier, de triceps, de buitenkant van de onderarm en de rug van de hand, Vaak worden klachten van deze spier overstemd door triggerpoints in de schouder en bovenarm.

Klachten zijn onder andere dat je arm moeilijk achter je rug kunt leggen of boven je hoofd tillen. Door et beklemmen van de zenuw kan er ook een doof gevoel in de arm of hand ontstaan.

Behandeling

Je vindt de Coracobrachialis door met je duim hoog tegen de binnenkant van je opperarmbeen te drukken. Wanneer je je elleboog strak tegen je lichaam drukt, voel je de spier aanspannen.

Masseer zacht de triggerpoints met je duim. Voorzichtig, want hier loopt ook een zenuwbaan.

Strekking

Wanneer je na een paar dagen wat verlichting voelt in de pijn, kan je voorzichtig proberen om de spier wat te strekken. Dit mag alleen nooit veel pijn doen. Wacht in dat geval nog een paar dagen.

Beweeg de te strekken arm achter je rug en trek hem zacht verder met de andere hand.